De wijnwereld wemelt van de wijntermen. Ik kan me goed voorstellen dat het soms lastig is om te begrijpen waar die wijntermen allemaal voor staan. Toch is het ook leuk om via verschillende wijntermen meer te weten te komen over de wijn die je drinkt. Om het wat makkelijker te maken heb ik 31 wijnwoorden voor je op een rijtje gezet en geprobeerd ze zo makkelijk mogelijk (en kort en bondig) uit te leggen.
Wijntermen van A tot Z
- Afdronk – Hiermee geef je aan wat voor ”impact” de wijn in je mond heeft aan het einde van de slok die je hebt genomen. Is er nog veel smaak? Is deze intens of juist heel licht? Blijft de wijn lang hangen of niet? Zit er tannine in de wijn?
- Aroma – Dat is wat je ruikt in de wijn. De geur dus! En dat kunnen er heel veel zijn, afhankelijk van welke wijn je in je glas hebt. Vaak als ik een wijn proef en dus voor het proeven eerst de wijn ruik (want dat kan al veel over de wijn weggeven) maak ik ook gebruik van een ‘aromawiel’. Want er zijn zoveel geuren! En soms herken je wel wat je ruikt, maar kun je het niet benoemen. Zo’n aromawiel kan daar bij helpen.

- Blend – Een blend is een wijn die bestaat uit 2 of meer druivenrassen. Een ander woord hiervoor is assemblage. Een mooie blend vind ik de Franse GSM wijnen . Dat zijn wijnen gemaakt van Grenache, Syrah en Mourvèdre druiven. Altijd als ik zo’n wijn drink, valt deze goed in de smaak. Bijvoorbeeld deze Gigondas uit de Rhône.
- Body – Dan een wijnterm waarvan ik altijd dacht dat deze aangaf of de wijn krachtig is, veel power heeft en vol van smaak is. Not! Tijdens de wijncursus leerde ik dat het gaat over de structuur en dikte van de wijn. Dus hoe voelt de wijn aan in de mond? Hoe ‘zwaar’ is deze? Dit vind ik zelf best een lastige om te benoemen bij het proeven van wijn.
- Barrique – Houtgerijpte wijnen, ik hou er van! En wijn kan gerijpt worden op een barrique. Dit is een eikenhouten vat van 225 liter. Aroma’s die je vaak tegen komt in wijn na houtrijping: vanille, chocolade, karamel, kokos, brood, boter etc.
- Cépage – Dit is de Franse benaming voor druivenras. Is de wijn van 1 druivenras gemaakt? Dan heet dat mono cépage.
- Château – Dat betekent kasteel in het Frans, maar in principe mag elk (geregistreerd) wijnbedrijf die wijn produceert zich zo noemen.
- Champagne – Mousserende wijn uit de Champagne regio gemaakt volgens de traditionele methode.

- Crémant – Een mooi alternatief voor Champagne. Ook een mousserende wijn uit (vooral) Frankrijk maar deze mousserende wijn kan uit meerdere gebieden komen. Net als Champagne wordt Crémant ook via de traditionele methode gemaakt. Meer in deze blog!
- Decanteren – Vroeger dacht ik dat wijnen in een decanteerkaraf werden geschonken om zo te zorgen dat de wijn lucht kreeg. Zodat op die manier de aroma’s beter tot uiting kunnen komen. Maar ik zat er naast. Dit doe je namelijk bij karafferen. Decanteren doe je voornamelijk met oudere wijnen vanwege het bezinksel in de wijn en deze schenk je voorzichtig uit in hoge, smalle karaf. Op deze manier komt er zo min mogelijk zuurstof bij. En dat is ook wat je wilt. De wijn is al helemaal perfect, dus heeft geen extra zuurstof nodig. Je wilt alleen die heerlijke wijn kunnen drinken zonder het bezinksel en daar is dus het decanteren voor.
- Dosage – Een belangrijke term bij mousserende wijnen. Dit geeft de hoeveelheid suiker aan die in het laatste stadium van de productie van de wijn wordt toegevoegd aan de fles. En dan krijg je de volgende indeling:
- Brut Nature: Geen suiker toegevoegd. Erg droog!
- Extra-Brut: Minder dan 6 gram suiker per liter toegevoegd.
- Brut: Tussen de 6 en 12 gram suiker per liter toegevoegd.
- Extra Sec: Minder dan 20 gram en meer dan 12 gram per liter toegevoegd.
- Sec: Minder dan 35 gram en meer dan 17 gram per liter toegevoegd.
- Demi-Sec: Minder dan 50 gram en meer dan 35 gram per liter toegevoegd.
- Doux: Meer dan 50 gram per liter toegevoegd. Dit is dus echt zoet en vooral geschikt als dessertwijn.
- Edele rotting – Klinkt niet heel smakelijk maar door dit proces (waarbij de schil van de druiven in aanraking komt met de schimmel Botrytis cinerea) ontstaan mooie (zoete) wijnen!
- Flûte – Het type glas dat je uit je kast haalt voor bubbles! Al zou ik je juist adviseren om voor bubbles een breder glas (bijv. een glas voor witte wijn of een speciaal champagne glas) te gebruiken. Dat komt de aroma’s ten goede!
- Gist – Een heel belangrijk onderdeel van wijn. Want zonder gist geen wijn!
- Hectare – Hiermee wordt aangegeven wat het oppervlakte aan wijngaarden is wat een wijnbedrijf heeft. Dat is 10.000 m2. In Nederland hebben we 157 hectare, wat peanuts is bij Frankrijk. Daar hebben ze 800.000 hectares. Maarja, dit is natuurlijk geen eerlijke vergelijking 😉
- Kurk – Naast dat flessen wijnen vaak door middel van een kurk worden afgesloten, kun je ook kurk in je wijn proeven. Dit is niet letterlijk kurk wat in de wijn zit, maar het is een besmetting van de wijn (door een bacterie TCA) die je, door de geur die de wijn daardoor krijgt, daar aan doet denken.
- Karafferen – Wijnen kunnen baat hebben bij wat extra contact met zuurstof. Je kunt de wijn daarvoor uitschenken in een karaf.
- Malolactische gisting – Het proces (na de gewone vergisting) waarbij het appelzuur in wijn wordt omgezet in melkzuur. Hierdoor komt het zuur in de wijn wat minder duidelijk naar voor en wordt deze wat zachter en romiger van smaak.
- Magnum – Feestje vieren? Of vind je een bepaalde wijn heel erg lekker? Dan is een magnum de oplossing voor jou. Dit is een fles wijn van 1,5 liter. In de standaard fles zit 0,75l wijn.
- Millésime – Heeft een champagne een jaartal op de fles staan (dit is zeker niet standaard!) dan heb je met een millésime te maken. Desbetreffende mousserende wijn bevat dan alleen uit druiven uit één enkel oogstjaar.
- Muselet – Dat is het ijzeren kapje wat zorgt dat de kurk van een fles mousserende wijn goed op z’n plek blijft zitten.

- Nieuwe wereld – Van oudsher zijn landen als Spanje, Frankrijk, Duitsland en Italië de welbekende, klassieke wijnlanden. Allen landen uit Europa, ofwel de oude wereld landen. Intussen doen er heel wat andere landen mee op wijngebied! En deze landen (zoals Chili, Argentinië, Zuid-Afrika enz.) spelen nu ook een serieuze rol.
- Oenoloog – Dit is een wijntechnicus, iemand die de wijnbouwtechnische wetenschap heeft bestudeerd.
- Proeven – Het leukste van wijn! Wijnen ontdekken en er meer over te weten komen door te proeven. Natuurlijk ook erg belangrijk om er vooral van te genieten.
- Restsuiker – De onvergiste suikers die achterblijven in de wijn. Is dit gehalte hoog? Dan heb je met een zoete wijn te maken, weinig restsuiker betekent dat de wijn droog zal zijn.
- Sommelier – die ken je vast wel van als je uit eten gaat. In de meeste wat meer fine dining achtige restaurants (zoals bijvoorbeeld bij Calla’s, restaurant Fris en Kasteel Heemstede) loopt er ook altijd wel een sommelier rond. Dit is degene die je alles kan vertellen over de wijnen die het restaurant op de kaart heeft staan. Hij (of zij natuurlijk!) heeft die kaart ook samengesteld, koopt de wijnen ook in en zorgt dat collega’s die in het restaurant werken ook het nodige over wijn te weten komen. Zodat ook zij gasten (naast de sommelier) kunnen adviseren. Ik neem vaak (lees: eigenlijk altijd) een wijnarrangement bij dit soort diners en vind het dan ook echt een toevoeging dat een sommelier je dan steeds iets over desbetreffende wijn verteld.
- Sediment – Een ander woord voor het bezinksel in de wijn, wat je vooral bij oudere wijnen tegenkomt.
- Tannine – Deze term hoor je ook vaak in de wijnwereld. Het is een verzamelnaam voor chemische verbindingen en wordt ook wel looizuur genoemd. Meestal merk je dit in het midden van je tong en aan je gehemelte. Je kan ook merken dat je tong en tandvlees wat ruwer aanvoelen. Ik zelf ben best wel gevoelig voor tannine. Voor mij is het al snel ‘too much’, ik ben er geen groot fan van. Tenzij het om de rijpe, wat zachtere tannines gaat, dan kan ik het zeker wel waarderen. Meer over tannines in de blog Tannine in wijn: Alles over de wereld van tannines!

- Terroir – Ook dit is een wijnterm die je vast wel eens gehoord hebt. Het slaat op de verschillende factoren die de wijn maken tot hoe die is. Denk aan de grondsoort, ligging van de wijngaard (hoogte, hellingsgraad), klimaat (temperatuur, veel/weinig regen) en druivenras. Deze combinatie zorgt in ieder geval voor een unieke wijn, want deze elementen zijn nergens precies het zelfde.En dat is ook juist het leuke en interessante van wijn.
- Vinificatie – Letterlijk de bereiding van wijn ofwel het proces wat doorlopen wordt om tot een fles wijn te komen beginnende bij de druif.
- Wijnliefhebber – Daar kan ik heel kort over zijn: jij! Tenminste daar ga ik van uit als je dit artikel aan het lezen bent en je Wijntjes met Esther volgt. Of je een échte diehard wijnliefhebber bent kun je via deze test uitvinden.
Zo dat waren de wijntermen! Er zijn er natuurlijk nog veel meer, maar hiermee weet je al weer heel wat meer! Mocht er iets nog steeds onduidelijk zijn, laat het me weten dan kan ik het nog wat duidelijker toelichten. En wil je nog meer weten? Dan adviseer ik je om een wijncursus te volgen!
Als wijnliefhebber wil je vast geen update missen. Zorg daarom dat je wijnblog Wijntjes met Esther ook via Facebook, Twitter en/of Instagram volgt en schrijf je in voor de nieuwsbrief! En heb je vrienden/collega’s/bekenden waarvoor dit artikel ook interessant kan zijn? Vergeet het dan niet te delen via social media! Bedankt 🙂
Wijnliefhebber, kaasfan en oprichter van Wijntjes met Esther en intussen ondernemer in de wijn. Schrijft hier regelmatig over wijn, leuke restaurants en gave evenementen. Gek op Riesling maar probeert ook graag iets nieuws en onbekends. Meest recent bezochte wijngebied: de Bourgogne in Frankrijk en Piemonte in Italie! Cheers!